brussel-triomfboog-parkBrusselbrussel-markt

Kuifje en Hergé: gezichtsbepalend voor Brussel

Kuifje, in het Frans Tintin, werd geboren in 1929. Zijn schepper was de Belgische scenarist en striptekenaar Hergé (Etterbeek, 22 mei 1907 – Sint-Lambrechts-Woluwe, 3 maart 1983). Brussel zonder Kuifje is ondenkbaar. Er is zelfs een speciale Tintin-wandeling door de stad uitgezet. 

Brussel_kuifje-bobbyHergé liet zich, naar eigen zeggen, door zijn broer Paul inspireren bij de schepping van Kuifje. Zijn kuif, gebaren, karakter. Van de Franse journalist Albert Londres kreeg Kuifje zijn beroep van avontuurlijk reporter. En Bobbie?

Mumm en Bobbie
De hond van de Brusselse burgemeester Adolphe Max stond hier waarschijnlijk model voor. Elke dag liet Max zijn hondje Mumm, genoemd naar het beroemd champagnemerk, zelf uit. Een later exemplaar heette Happy, maar het waren beide witte foxterriers.

Op de omslag van het weekblad ‘Pourquoi Pas’ uit 1934 is goed te zien dat Bobby een evenbeeld is van Mumm. En net als burgemeester Max en Mumm zijn Kuifje en Bobbie onafscheidelijk.

Brussel_kuifje-mumm=bobby

Padvinder
Kuifje houdt de vinger aan de pols van de tijd. Als een reizende reporter is hij daar waar het gebeurt. Althans zo ziet hij zichzelf. Maar Kuifje is vooral een ‘padvinder’ die zich reporter noemt. Een ‘braverik’: ‘buitensporig deugdzaam, ridderlijk, ernstig, dapper, verdediger van zwakken en onderdrukten.’ ‘Hij zoekt het avontuur niet op maar raakt er altijd toevallig in verzeild, pienter, geluksvogel, bescheiden.’

Brussel_kuifje-herge

Kuifje in het land van de Sovjets
Hergé startte zijn carriere als striptekenaar in januari 1929 bij de donderdagse jeugdbijlage van de krant Le Vingtième Siècle. Hier tekende hij zijn allereerste avontuur van Kuifje: ‘Les Aventures de Tintin, reporter du Petit "Vingtième", au pays des Soviets’. In 1930 begon Hergé aan de strip De guitenstreken van Kwik en Flupke, eveneens in hetzelfde blad. In 1946 werd het eerste Nederlandstalige album gepubliceerd.

De klare lijn
Kenmerkend voor de wereldberoemde stripreeks is onder meer het grondige onderzoek waarmee de maker zijn karikaturale verhalen realistisch weet te maken en de heldere tekenstijl, de zogenaamde klare lijn. Ook wemelt het van de satirische verwijzingen naar de (politieke) geschiedenis van de 20e eeuw.

Brussel_kuifje-herge

Voor De Blauwe Lotus vertrekt Kuifje naar Azie. Hergé werd voor dit verhaal geïnspireerd door het beruchte Mantsjoerije-incident, dat leidde tot de Tweede Chinees-Japanse Oorlog die in 1934 begon. Het avontuur ‘De scepter van Ottokar’ (1939) kan je lezen als een parodie op de anschluss van Oostenrijk bij Nazi-Duitsland in 1938.

In het album ‘Het Zwarte Goud’ wordt in de oorspronkelijke versie nog verwezen naar de oorlogsdreiging in 1939, maar toen Hergé het verhaal na de Tweede Wereldoorlog voltooide, verplaatste hij het conflict naar Palestina. En in nog weer latere versies zij de verwijzingen naar het Joods-Palestijns conflict verwijderd. ‘De zaak Zonnebloem’ is een portret over de gevoeligheden van de Koude Oorlog. Hergé was zijn tijd soms ver vooruit. Zo laat hij in ‘Raket op de maan ‘(1953) en ‘Mannen op de maan’ (1954) Kuifje een ruimtereis maken. 

Brussel_kuifje-herge

Kuifje als 'de betere ik' van Hergé
Kuifje is geen ‘autobiografische strip. Hergé noemde Kuifje ‘zijn betere ik’. Georges Prosper Remi, zoals zijn echte naam luidde, heeft lang zijn duistere verleden verborgen gehouden. Inmiddels is algemeen bekend dat Hergé in de Tweede Wereldoorlog collaboreerde met de Duitsers. Van het verzet had hij geen weet, of wilde hij niets weten. Hij had volop werk bij Le Soir, een krant van de bezetter, en verdiende goed.

Brussel_kuifje-herge

Antisemiet
Georges Remi was een product van zijn tijd en zijn rooms-katholieke opvoeding. Hij is gevormd door pater Norbert Wallez, hoofdredacteur van het dagblad 'Le Vingtième Siècle', ‘patriot, conservatief, antisemiet, anticommunist, bestrijder van de parlementaire democratie en verklaard tegenstander van de vrijmetselaars’.
Wallez was de steun en toeverlaat van Hergé, die in hem alleen 'iemand met fascistische sympathieën' zag. Pas eind jaren vijftig neemt Hergé afstand van de denkbeelden van Wallez (niet in het openbaar) en vooral onder 'druk' van zijn tweede vrouw.

Collaboratie
Hergé was een antisemiet zoals er velen waren voor en tijdens de oorlog. Alleen Hergé verdiende tijdens de oorlog aan die opvattingen door te collaboreren met de bezetter. Hij hertekende strips op aanwijzingen van de Duitsers onder wier leiding ‘Le Soir’ werd uitgegeven en uitstekend verkocht. Ook maakte hij tijdens de oorlog de veel geroemde strips 'De sigaren van de farao', 'Het gebroken oor', 'De scepter van Ottokar' en 'De schat van Scharlaken Rackham'.

Populariteit Kuifje redt Hergé
Na de oorlog verzonk Hergé in een diepe depressie. Alle redacteuren van Le Soir kwamen voor het gerecht en kregen soms zware straffen. Hergé zag vroegere vrienden geëxecuteerd worden. Maar de schepper van Kuifje bleef buiten schot. Zijn strips waren zo populair dat Hergé's oorlogsverleden erdoor uitgewist werd. Althans, waardoor hij zelf er een goed heenkomen mee kon vinden: ‘ik was misschien naïef maar begaafd’.

23 avonturen van Kuifje
Tot aan zijn dood in 1983 verschenen 23 albums met de avonturen van Kuifje, zijn hond Bobbie en bijfiguren als kapitein Haddock, professor Zonnebloem en de detectives Jansen en Janssen. Postuum werd het onvoltooide Kuifje en de Alfa-kunst uitgegeven. Hergé tekende de strips in eerste instantie helemaal zelf, maar in 1943 riep hij de hulp in van Edgar P. Jacobs.

Brussel_kuifje-herge

Studios Hergé
In 1950 startte hij de fameuze Studios Hergé. Bekende medewerkers als Bob De Moor en Jacques Martin namen hem veel werk uit handen en hielden zich onder andere bezig met het tekenen van achtergronden en het hertekenen van de oude albums.

In juni 2009 opende in Louvain-la-Neuve het Hergé-museum rond het leven en werk van de striptekenaar. Dit museum (34 kilometer ten zuiden van Brussel) kwam er door de inzet van Hergé's tweede vrouw en voormalige medewerkster in zijn studio, Fanny Vlamynck. Hergé ligt begraven op de Begraafplaats van Dieweg in Ukkel.

Brussel_kuifje-herge-museum

Brussel als inspiratiebron
Hergé woonde een groot deel van zijn werkzame leven in en nabij Brussel en het is dan ook logisch dat gebouwen in de stad en uit de omgeving een inspiratiebron boden voor  zijn strips. Een wandeling van VisitBrussels loodst je langs de vele straten, cafés, musea en muurschilderingen met werk van de stripheld en Hergé: de stripmuur in de Stoofstraat, de muurschildering van Quick en Flupke in de Hoogstraat, het nieuwe standbeeld van Kuifje en Bobbie op de Zavel.

De wandeling komt langs het Brussel van De Scepter van Ottokar. In het koninklijk Park vindt Kuifje, in het begin van dit album de aktetas terug van professor Nestor Halambiek, die de tas daar op een bankje heeft achtergelaten. Daarnaast fungeerde het koninklijk paleis als model voor het paleis van koning Muskar XII van Syldavië.

VisitBrussels
Je wandelt langs het geboortehuis van Hergé in Etterbeek (Cranzstraat 25). Van 1939 tot 1953 woonde Hergé in de Delleurlaan op nr. 17 in Watermaal-Bosvoorde. In dit pand was ook zijn eerste atelier gehuisvest. Ook woonde hij lange tijd vlakbij de Sterrenwacht in Ukkel. Deze plek was voor hem dus niet onbekend. Het wekt dan ook geen verbazing dat hij dit pand, dat op het eind van de 19de eeuw werd opgetrokken, in het album “De geheimzinnige ster” ten tonele voerde.

De route komt langs het schitterende Belgisch Centrum van het Beeldverhaal (met een ruimte rond Hergé) en de Oude Markt (Vossenplein) die een voorname rol speelt in het nu verfilmde Het Geheim van de Eenhoorn. De stadswandeling rond Kuifje is verkrijgbaar op de website van VisitBrussels en kost 1 euro.

Reageer op dit artikel
Mail de redactie
Share dit artikel op Facebook!
Tweet dit artikel op Twitter!
Deel dit artikel!


Brussel in 4K

Mooie video over Brussel en haar bezienswaardigheden.